Wacht even. Waar ga je naartoe?

Er was eens … een koetsier die fier op zijn bok zat, zijn paarden aanstuurde en zijn koets vlotjes door stad en land leidde. Hij reed en reed maar door. Iedere dag dacht hij een stuk dichter bij zijn bestemming te komen. Wat zijn bestemming was, dat was hem niet duidelijk. Dat hij iemand vervoerde, was hem ook niet duidelijk. Onderweg verwaarloosde hij echter het onderhoud van de koets, waardoor deze steeds krakkemikkiger werd. Ook de paarden raakten steeds onrustiger van het hoge tempo en het oneffen wagenspoor waarop zij liepen. En de koetsier zelf was vaak afgeleid door onbenullige zaken. Toch had hij het gevoel van controle over zijn reis en dacht hij iedere dag dichter bij zijn bestemming te zijn. Hij werd laks en nam zijn route voor vanzelfsprekend aan. Zijn passagier had hij niet opgemerkt. Tot de paarden en de koets op een gegeven moment van het wagenspoor afraakten. Verdwaasd stapte de koetsier van zijn bok. Hij wist even niet meer wat zijn verdere koers moest zijn. Dat was het eerste moment waarop hij de deur van de koets opende, de passagier zag en hem verbaasd vroeg: ‘Wat is de bestemming?’ Waarop de passagier antwoordde: ‘Daar ben je gearriveerd.’

De mysticus George Gurdjieff beschreef dit metaforisch verhaal uit de Katha Upanishad over de reizende koetsier. De koets staat symbool voor het menselijk lichaam, ons voertuig. De paarden staan symbool voor gevoelens, emoties, verlangens en drijfveren. De koetsier symboliseert ons intellect en onderscheidingsvermogen. In de koets zit een passagier, onze ziel, die de koetsier zou moeten aansturen. Maar wat als ons verstand niet luistert naar onze ziel? Dat is de reis die velen afleggen, niet wetende dat een innerlijke stem altijd de juiste koers aanwijst. Een stem die we pas kunnen horen, wanneer we zelf tot rust komen en balans bereiken tussen lichaam en geest.